Huurrecht woonruimte

Onder het begrip “woonruimte” vallen zelfstandige, maar ook onzelfstandige woningen. Bij zelfstandige woonruimte is sprake van een eigen toegang en geen afhankelijkheid van elementaire voorzieningen als gas, water en elektra buiten de woning. Een voorbeeld van een onzelfstandige woonruimte is bijvoorbeeld een gehuurde kamer.

De wet gaat uit van een sterke huurbescherming voor huurders en bevat daarom veel dwingende bepalingen op het gebied van huurtermijnen, het opzeggen van de huurovereenkomst en het onderhoud van de woning. Van die bepalingen mag de verhuurder niet ten nadele van de huurder afwijken.

De advocaten Dudink & Starink Advocaten die werkzaam zijn op het gebied van huurrecht behartigen belangen van zowel huurders als ook verhuurders van woonruimten. Meest voorkomende onderwerpen in de praktijk van Dudink & Starink Advocaten zijn:

  1. Huuropzegging;
  2. Huurachterstand;
  3. Overlast;
  4. Achterstallig onderhoud en overige gebreken;
  5. Voorzetting van de huur na overlijden van een partner.

In het huurrecht valt het aan te raden zo vroeg mogelijk een advocaat in te schakelen om u te laten voorlichten over uw rechtspositie en de mogelijkheden die de wet u in bepaalde gevallen biedt. Dit kan een hoop toekomstige zorgen voorkomen. Zeker in het “huurrecht woonruimten” kan het niet nemen van tijdige en/of juiste actie aanzienlijke en ingrijpende gevolgen hebben, waaronder een gedwongen huisuitzetting door een deurwaarder.

De advocaten van Dudink & Starink Advocaten staan zowel huurders als ook verhuurders bij. Zij verlenen bijstand in procedures tot beëindiging van de huurovereenkomst, bijvoorbeeld indien sprake is van een huurachterstand. Ook wordt geadviseerd over huuropzeggingen of naar aanleiding van een (aangekondigde) huurprijswijziging terwijl nog sprake is van achterstallig onderhoud.

Een regelmatig terugkomend onderwerp in de praktijk van Dudink & Starink Advocaten is het voortzetten van de huurovereenkomst na het overlijden van een partner met wie een duurzame gemeenschappelijke huishouding werd gevoerd. De verhuurder stelt zich over het algemeen op het standpunt dat het gehuurde al vrij snel leeg moet worden opgeleverd, terwijl de wet de achtergebleven partner in bepaalde gevallen de mogelijkheid biedt om in het gehuurde te blijven en de huur voort te zetten, ook al stond hij/zij niet vermeld op het huurcontract. De advocaten van Dudink & Starink Advocaten kunnen u hierin adviseren en bijstaan.