Medische perikelen omtrent het testament

Onder bepaalde omstandigheden kan een testament nietig zijn: in de situatie waarin het testament niet vanuit de vrije wil tot stand is gekomen. Zo verklaarde de Rechtbank Breda eind 2009 een testament nietig, gelet op de wilsonbekwaamheid van de erflaatster door een stoornis van haar geestvermogens (Rb Breda 2 september 2009, LJN BK6973). Van de aan Alzheimer lijdende patiënt wordt nog wel eens misbruik gemaakt als het aan komt op het opstellen van een testament (Rb Den Haag 13 februari 2013, zaaknummer 396149-11-1746).

Tegelijkertijd komt het voor dat een dergelijk beroep op nietigheid, ongegrond wordt verklaard. Zo ook voor wat betreft het testament van de moeder die enkele maanden voor haar overlijden, onder herroeping van haar eerdere wilsbeschikkingen, haar testement zó heeft aangepast dat twee van haar kinderen onterfd werden. Moeder zou lijden aan Alzheimer en daarom onvoldoende in staat zijn haar wil omtrent naar erfenis te kunnen bepalen. De Rechtbank Oost Brabant oordeelde dat met het vaststaan van Alzheimer, niet meteen de wilsonbekwaamheid is komen vast te staan; dat dient afzonderlijk te worden aangetoond (Rb Oost Brabant 29 mei 2013, LJN CA1424). In deze zaak waren er onvoldoende aanwijzingen om uit te kunnen gaan van wilsonbekwaamheid; mede gelet op de notaris die het testament opstelde, die aangaf dat moeder een erg heldere indruk wekte. Dit brengt mee dat het testament niet nietig werd verklaard, en de twee kinderen toch onterfd achterbleven.

Toch is de bepaling van een dergelijke wilsonbekwaamheid lastig. Voor de notaris geldt dat hij in sommige gevallen zich door een externe deskundige moet laten informeren over de wilsbekwaamheid van een van zijn cliënten, en dat hij daarover bovendien een informatieplicht kan hebben jegens derden, bijvoorbeeld jegens de kinderen van de wilsonbekwame (Hof Amsterdam 28 oktober 2008, RFR 2009, 5).

Artsen hebben daarentegen een geheimhoudingsplicht met betrekking tot de de medische informatie over hun patiënten; ook als de patiënt is overleden. Het medisch dossier van de overledene mag derhalve niet zomaar worden vrijgegeven aan de familieleden, ondanks dat daar in geval van gesteggel om een testament, vaak om wordt verzocht.

In sommige gevallen kan dat echter wel mogelijk zijn. Onder meer in geval van een zwaarwegend belang kan het beroepsgeheim onder bepaalde omstandigheden worden verbroken. Slechts ruimte hiertoe bestaat als er voldoende concrete aanwijzingen zijn dat door handhaving van het beroepsgeheim een ander zwaarwegend belang geschaad zou kunnen worden (HR 20 april 2001, TvGR 2001, 41). In geval van het doorbreken van het beroepsgeheim vanwege een testament is er pas sprake van een zwaarwegend belang als bij het testament bijvoorbeeld grote financiële belangen gemoeid zijn en concrete aanwijzingen zijn dat ten tijde van de testamentswijziging sprake was of leek te zijn van wilsonbekwaamheid. Zo deed het Gerechtshof Arnhem op  10 januari 2012 uitspraak waarbij zij geen bezwaar zagen in het vrijgeven van het medisch dossier (Gerechtshof Arnhem 10 januari 2012, LJN BV0470).