Zedenzaak geseponeerd.

In deze zaak werd ik om bijstand gevraagd in een zedenzaak aan de rand van België. Cliënt zou de twee kinderen van zijn huidige echtgenote uit haar eerdere huwelijk hebben misbruikt. De zaak zou later alle ingrediënten van een boek krijgen, maar het ‘strafrechtelijke boek’ werd recentelijk gesloten door middel van een sepot. Case closed!

Het begon eigenlijk met het feit dat de biologische vader van de kinderen aangifte ging doen tegen de stiefvader, nadat hij zich nog nooit met de kinderen had bemoeid. Dat was al raar. Vele partijen bemoeiden zich vervolgens met de kinderen, Jeugdzorg, Reclassering, etc. het hele ‘palet’ van ‘beschermers’ kregen zij over zich heen.

In deze zaak zaten een aantal onverklaarbare ingrediënten, die afweken van gebruikelijke zedenzaken en waaruit eerder met de vinger kon worden gewezen naar de biologische vader/aangever, dan naar de stiefvader.

Zo was bepaald afwijkend gedrag van het kind reeds naar buiten gekomen toen de stiefvader nog niet eens in beeld was. Verder hield de vader psychologische behandeling van zijn kind tegen, terwijl alle hulpverleners dit wel adviseerden. Ook vreemd.

De stiefvader werd vervolgens strafrechtelijk verhoord door een speciaal zedenteam, waar ondergetekende bij was. Een dergelijk verhoor vindt plaats onder een zogenaamd ‘zeden protocol’. Dat wil zeggen dat het wordt opgenomen. Vaak zowel met beeld als met geluid.

Daar heeft cliënt zich formeel op zijn zwijgrecht beroepen. Maar nu er van alles op de achtergrond liep dat van belang was voor een gedegen onderzoek, is na het formele verhoor, toch deze specifieke kennis met het onderzoeksteam gedeeld.

Hier zie je goed dat ons Nederlandse strafrechtstelsel eigenlijk niet meer werkt. Een verdachte wil wel meewerken, maar proces technisch is het veel verstandiger om een beroep op het zwijgrecht te doen. Je weet namelijk nooit wat ze ermee doen. In deze zaak is gekozen om het onderzoeksteam toch te informeren over de achtergrond. Later zal blijken dat er inderdaad op deze informatie is door gerechercheerd.

Eigenlijk een mooi voorbeeld dat het dus ook anders zou kunnen in een strafrechtelijk onderzoek. Laat de advocaat meekijken in de keuken en vraag of er een alternatief scenario is, in plaats van de beruchte tunnel in te lopen. Dit team pakte het dus goed op!

Mooi resultaat, maar ook omdat dit zedenteam goed luisterde en er ook wat mee deed. Samenwerken tussen advocaten en politie kan dus wel.

U bent wederom geïnformeerd en gewaarschuwd!

Bel tijdig!

Hein Dudink/Advocaat

Lees meer

De transportwereld onder de loep…

Met de grote storm van afgelopen week is er een enorme ravage ontstaan die in de miljoenen loopt. In enkele gebieden was Nederland zelfs weinig verwijderd van het niveau van een orkaan. Toch was ook de Nederlandse nuchterheid te merken. Het advies was immers: code oranje, en wat later: code rood oftewel: ga niet de weg op. Veel forensen trokken zich daar weinig van aan, zeker nu de treinen niet reden. Dan heb ik het echter over de automobilisten. Daarvoor was het risico betrekkelijk klein. Vrachtwagenchauffeurs liepen namelijk het grootste risico. Om een dergelijk voertuig met deze windkrachten in balans te houden moet je zeer ervaren zijn. Zeker wanneer je de lading nog moet ophalen en de wagen dus nog leeg is.

Daar komt echter bij dat ook de meest ervaren chauffeur in deze omstandigheden weinig kan doen om te voorkomen dat er ongelukken gebeuren. Die Hollandse nuchterheid en plichtsbesef om gewoon “je werk te doen”, moeten we echter onderscheiden van chauffeurs die inzien dat het rijden met hun voertuig op dat moment levensgevaarlijk was, maar toch “moesten rijden” van de baas. Immers, genoeg chauffeurs kregen te horen dat zij wel moesten gaan, en dat het anders als werkweigering gezien zou worden. En dus gingen er een hoop, ook onbeladen, de weg op, met alle gevolgen van dien.

De ravage hebben we gezien, zelfs doden moeten we betreuren. Treuriger is echter het feit dat chauffeurs door hun werkgever onder druk zijn gezet om toch te gaan rijden met gevaar voor eigen leven. Die werkgevers zaten immers veilig op kantoor of thuis terwijl de Nederlandse chauffeurs, die toch al enorm te kampen hebben met de Oost Europese concurrentie, ondanks de enorme storm gewoon “moesten” rijden.

De vraag is echter of de werkgever juridisch gezien recht heeft om te eisen dat de chauffeurs “moeten” gaan rijden. In de arbeids- of uitzendovereenkomst zal veelal iets opgenomen staan in de trant van dat de werknemer verplicht is aanwijzingen van zijn werkgever op te volgen. Over het algemeen kun je de weigering om aan die aanwijzing gevolg te geven dan ook opvatten als werkweigering, hetgeen onder omstandigheden kan en mag leiden tot ontslag. Die omstandigheden zijn hier alleen heel anders: er is noodweer en er kan bezwaarlijk van chauffeurs worden verwacht dat zij met dit weer met gevaar voor eigen leven de weg op gaan. Sterker nog: het is juist slecht werkgeverschap indien de werkgever dit van u zou eisen.

Juridisch sta je als werknemer dan ook in je recht om te weigeren met dit weer te gaan rijden. De keerzijde is alleen dat zo’n gelijk pas later volgt. Een ontslag wordt pas achteraf geaccordeerd of vernietigd door een rechter. Tegen die tijd wordt aangevoerd dat de verhoudingen dan zodanig zijn verstoord dat ontslag, zij met een vergoeding, dan alsnog wordt verleend. Om die reden is het vooral belang om samen sterk te staan en te zorgen dat alle werknemers, of een groot gedeelte daarvan, tegelijk weigert te rijden met dergelijke weersomstandigheden. Een werkgever zal immers niet zo snel iedereen ontslaan. Twijfelt u hoe te handelen in een dergelijk geval? Laat u dan vooraf goed inlichten voor door een van onze advocaten, zodat u weet wat uw rechten zijn.

Robbert Poort, advocaat

Lees meer

Wie betaalt de btw over incassokosten?

Als er de incassokosten betaald moeten worden, is het duidelijk voor wiens rekening die incassokosten komen: de schuldenaar. Maar hoe zit het met de btw over de incassokosten? En wie moet die betalen? Voor de beantwoording van die vraag is het volgende van belang: Is de schuldeiser btw-plichtig is of niet? Als de schuldeiser btw-plichtig, kan de schuldeiser de btw verrekenen. Dan betaalt de schuldeiser dus de btw. De schuldenaar betaalt in dit geval dus niet de btw over de incassokosten. Als de schuldeiser niet btw-plichtig is, kan de schuldeiser de btw niet verrekenen. Dan is het de schuldenaar die de btw moet voldoen. De incassokosten worden dan dus verhoogd met 21% btw. De schuldeiser betaalt in dit geval geen btw over de incassokosten. Waarom is dit op deze manier geregeld?  Dat het per zaak (lijkt) te verschillen wie de btw betaalt over de incassokosten is simpel. Als een schuldeiser de btw kan verrekenen dan is het zinloos om deze kosten in rekening te brengen bij de schuldenaar, vooral als de schuldenaar een consument is. Consumenten kunnen geen btw verrekenen terwijl de schuldeiser dit wel kan, het kost de schuldeiser dus niets meer terwijl de consument wel extra wordt belast; dit zou niet eerlijk zijn. De Nederlandse wetgeving tracht de schuldenaar dus een beetje te beschermen door hem of haar tegemoet te komen. Houd als schuldenaar dus goed in de gaten of de schuldeiser btw-plichtig is. Ik ben het vaker tegengekomen dat (met name ietwat schimmige) incassokantoren de btw bij de schuldenaar in rekening brengen terwijl de schuldeiser de btw gewoon kan verrekenen.

Neem contact op Wijnand Westerman heeft als advocaat ruime ervaring met incassozaken. Hij treedt veelvuldig op voor zowel schuldeisers als schuldenaren en heeft derhalve goed inzicht in de aanvliegroutes van beide kanten. Daardoor kan hij anticiperen op mogelijke verweren en vorderingen. Heeft u vragen, neem gerust contact op: wgwesterman@dudinkstarink.nl

Lees meer

Officier van de Luchtmacht met PTSS onterecht ontslagen

Reeds eerder schreef ik in een soortgelijke zaak hoe sommige zaken bij mij als oud-beroepsmilitair soms een gevoelige snaar raken. Bijna altijd is het een gevolg van een soort plaatsvervangende schaamte als ik een zaak lees en denk; ‘how on Gods green earth’ heb je dit kunnen doen met deze militair.

Dekten officieren elkaar nog wel in het verleden, dat blijkt inmiddels verleden tijd. Sterker nog, het lijkt wel of zij extra hard moeten worden aangepakt. Ook bij de politie zie ik dezelfde tendens, maar dit terzijde.

Altijd schrijf ik neutraal in de zin dat ik meestal het krijgsmachtsdeel weglaat en spreek van ‘de militair’, maar ik maak nu een uitzondering. Ik herken de luchtmacht namelijk helemaal niet in dit gedrag. Wat is hier allemaal aan de hand en waarom wordt deze militair met een meer dan uitstekende staat van dienst en een overduidelijke psychische aandoening ‘gewoon’ als oud vuil ontslagen? Dat hoort niet en is in strijd met alle regels van fatsoen. En dan laat ik de Gedragscode Defensie maar even voor wat ze kennelijk zijn.

Meer ongebruikelijk is dat de militair reeds publiekelijk werd afgefakkeld bij al zijn collega’s voordat er enig onderzoek was gedaan en iedereen in de directe omgeving te horen kreeg dat er geen enkel contact met hem mocht worden opgenomen. Het staat zelfs op papier!

Je kunt iemand een mes in de rug duwen, maar zo werkt het natuurlijk ook. Met zulke vrienden heb je natuurlijk geen vijanden meer nodig.

Wat speelde hier allemaal?

Evenals in de andere ontslag zaak waarover ik schreef, functioneerde ook deze militair op enig moment niet meer, maar ploeterde als een goed militair betaamt, gewoon door. Er werden hem jarenlang meerdere keren (bevoegde)  toezeggingen gedaan dat hij niet meer zo zwaar zou worden belast, bijvoorbeeld betreffende de vele overplaatsingen, maar deze beloften bleken inhoudsloos. In combinatie met veel privé-familieleed waar zijn vrouw bijna volledig voor opdraaide, werd telkenmale opnieuw een aanspraak op zijn loyaliteit gedaan. Zoals het spreekwoord al zegt, de emmer gaat zolang te water totdat hij breekt. Zo ook hier.

Hij wordt vervolgens op enig moment beschuldigd dat er ten onrechte gebruik van een dienstauto zou zijn gemaakt. Bij het uitpluizen van alle data waarop zou zijn gefraudeerd, blijkt dit echter onjuist! Maar ook in deze zaak staan de hakken dan al in het zand en moet de militair hoe dan ook worden ontslagen.

Wat stond er ook al weer in de Gedragscode Defensie?

 

‘Deze kernboodschap is voor het personeel vertaald in een defensiebrede

gedragscode die uitgaat van de eigen verantwoordelijkheid en staat voor

professioneel gedrag, fatsoenlijke omgangsvormen en goede samenwerking.

 

‘Practice what you preach’ zou ik zeggen. Wat hier ook allemaal van moge zijn, inmiddels is er een voorlopige voorziening aangevraagd om het ontslag te schorsen, totdat er fatsoenlijk onderzoek is gedaan.

U bent gewaarschuwd en geïnformeerd!

De Defensieadvocaat

Lees meer

Nader onderzoek naar betrokkenheid van de politie bij de dood van Ishan Gürz niet noodzakelijk

De strijd van de heer Gürz om duidelijkheid te krijgen over de omstandigheden waaronder zijn zoon is overleden blijft onverkort doorgaan. Wat was er gebeurd? In de nacht van 2 op 3 juli 2011 is de zoon van de heer Gürz, Ishan Gürz overleden in het Rode Kruis Ziekenhuis te Beverwijl alvorens hij kort daarvoor vanuit een politiecel naar het ziekenhuis was gebracht. Die nacht was Ishan aangehouden door de politie wegens ‘ordeverstoring’. Echte duidelijkheid over de precieze reden van aanhouding is er echter nooit gekomen. Volgens ooggetuigen was het geweld dat door de politie werd uitgeoefend tijdens de aanhouding van Ishan buitensporig. ‘Mitch Henriquez avant la lettre’ zou je kunnen zeggen. Reden waarom op verzoek van de vader van het slachtoffer aangifte is gedaan tegen de betrokken agenten.

Onderzoek is vervolgens verricht, waarna de zaak is geseponeerd. Die beslissing van de officier van justitie heeft het gerechtshof Amsterdam in stand gehouden in de artikel 12 Sv. procedure die daarop volgde. De reden om de zaak te seponeren was vooral gelegen in het feit dat één van de NFI deskundigen had geoordeeld dat het politiegeweld waarschijnlijk niet de oorzaak is geweest voor het overlijden van het slachtoffer als ook dat één van de andere deskundigen had geoordeeld dat het waarschijnlijk een fataal drugs delirium, een zogeheten EDS, is geweest waardoor het slachtoffer is overleden. De heer Gürz had echter ook zelf onderzoek laten verrichten door de onafhankelijke deskundige dr. Spendlove die de NFI rapportages heeft onderzocht. Daaruit kwam naar voren dat die conclusies wellicht wel wat kort door de bocht waren. Volgens Spendlove is een hoop niet onderzocht en bevatten de rapportages tegenstrijdigheden en zijn ze op een aantal vlakken onduidelijk. Kernconclusie: overlijden door buitensporig politiegeweld kan de deskundige niet uitsluiten.

Na zo’n rapportage zou je verwachten dat justitie de zaak heropende, maar niets bleek minder waar: men had er geen zin meer in, alles was uitputtend onderzocht. Reden waarom de heer Gürz dan zelf maar verder onderzoek instelde door bij de rechtbank Den Haag te verzoeken om een voorlopig deskundigenverhoor. Dit houdt in dat je – zonder meteen een bodemprocedure te starten – eerst deskundigen kunt verhoren om daarna te bezien of je een zaak wil starten. Als nog niet alle feiten op tafel liggen, is dat soms een verstandige keuze. In de video links kunt u zien hoe namens de heer Gürz dit verzoek is toegelicht als ook hoe door de politie verweer is gevoerd.

Helaas wees de rechter dat verzoek af. De rechter vond dat er al voldoende onderzoek is verricht en dat de heer Gürz genoeg informatie had om de politie te dagvaarden als hij dat wil. Ook stond het hem vrij om het NFI per brief de vragen te stellen die hij wilde, daarvoor was een voorlopige deskundigenverhoor niet nodig, zo oordeelde de rechter. Een grote teleurstelling dus. De politie dagvaarden leidt immers tot een grote procedure terwijl dat voorkomen had kunnen worden wanneer eerst de twee bepalende deskundigen gehoord konden worden over de nieuwe rapportage van dr. Spendlove. Daarnaast heeft de heer Gürz het advies van de rechtbank ter harte genomen. Een brief met vragen is gestuurd naar het NFI. Het NFI antwoordde echter alleen op verzoek van de rechter vragen te beantwoorden, dus dat bleek een wassen neus. Voor de heer Gurz rest daarom slechts de mogelijkheid van hoger beroep, kortom: wordt vervolgd!

Robbert Poort / Advocaat

Lees meer

Onrechtmatig verkregen bewijs in het bestuursrecht

Hoewel in het strafrecht men allang zijn schouders ophaalt wanneer politie en justitie onrechtmatig verkregen bewijs gebruikt om iemand veroordeeld te krijgen, merkten onze cliënte dat in het bestuursrecht de rechter gelukkig wel aan rechtsbescherming doet en een streep zette door het handelen van een gemeente. Wat was er aan de hand?

Mijn cliënte ontving sinds jaar en dag een bijstandsuitkering van haar gemeente omdat zij zichzelf niet in haar levensonderhoud kon voorzien. Op een gegeven moment had zij een nieuwe relatie gekregen met haar huidige partner en logischerwijs kwam die partner natuurlijk ook bij haar over de vloer. Op dat moment was die relatie echter nog niet zodanig dat er meteen sprake was van een gemeenschappelijk huishouding. Cliënte woonde immers ook nog niet samen.

Een anoniem gebleven persoon kon kennelijk het geluk van cliënte in het vinden van een nieuwe relatie niet verkroppen en stuurde een anonieme melding naar de gemeente dat er sprake zou zijn van samenwoning. Dat de gemeente vervolgens een onderzoek is gestart, dat is niet verwonderlijk, hoe zij dat deed, dat wel.

In plaats van immers zelf onderzoek te doen, besteedde de gemeente het onderzoek uit aan een privaat bedrijf, dat (toentertijd) bekend stond met de formule ‘no cure no pay’. Het bedrijf had dus een financieel motief om zo veel mogelijk voor cliënte belastende informatie te vinden. Hoe meer er werd gevonden, hoe meer er kon worden gedeclareerd. Naar ontlastende informatie waaruit bleek dat cliënte helemaal nog geen gezamenlijke huishouding voerde, werd dan ook niet hard gezocht.

Kortom: er had helemaal geen objectief en onafhankelijk onderzoek plaatsgevonden, maar de gemeente vorderde op basis van dat onderzoek wel klakkeloos ruim € 30.000,- aan verstrekte bijstand van de afgelopen jaren terug. Gelukkig zette de bestuursrechter hier een streep door met de overweging dat dit onderzoek slechts door (medewerkers van) het College van B & W mag worden uitgevoerd en niet mag worden uitgevoerd door privépersonen die een financieel belang hebben bij een bepaalde uitkomst in de zaak. Omdat het desalniettemin gebruiken van die informatie “zo zeer indruist” tegen dat wat van een behoorlijk handelend bestuursorgaan mag worden verwacht, oordeelde de rechter dat het onrechtmatig verkregen bewijs betrof waardoor cliënte gelukkig de genoten bijstand niet hoefde terug te betalen. En terecht, want zij voerde immers ook geen gemeenschappelijk huishouding.

Beslist uw gemeente tot een invordering van uw uitkering? Laat dit dan altijd toetsen door een advocaat, de ervaring laat immers zien dat dit kan lonen.

 

Mr. Robbert Poort/Advocaat

Lees meer

Opvragen camerabeelden loont!

Dat het opvragen van camerabeelden kan lonen dat heeft zojuist weer één van onze cliënten meegemaakt. Na een avondje stappen is er een persoon geweest die in een dronken bui heeft staan plassen over een politieauto. Dat is natuurlijk vervelend en ongehoord gedrag. Wat echter nog vervelender is, is wanneer je als niets vermoedende burger ineens wordt aangesproken omdat je dat gedaan zou hebben, terwijl je van niets weet. Maar voordat onze cliënt het wist werd hij met geweld en poespas in een politiewagen gezet omdat hij zou voldoen aan het signalement. Een signalement waar overigens 50 procent van het uitgaanspubliek aan voldeed, maar dat terzijde.

Vervolgens stond onze cliënt voor de politierechter voor het beledigen van de politie omdat hij over een auto van de politie zou hebben geplast. Daarnaast had hij ook nog een bekeuring gekregen voor wildplassen. Dat achtte ik dubbelop. Het dossier was echter duidelijk, want daarin stond een verklaring van een agent die camerabeelden had uitgekeken en deze had verklaard onze cliënt voor de volle honderd procent te herkennen. Maar onze cliënt was duidelijk: hij had dat echt niet gedaan!

Reden waarom ik de camerabeelden heb opgevraagd en deze beelden ter zitting bij de rechter heb laten afspelen. Wat bleek: hierop viel echt niemand te herkennen, laat staan onze cliënt! Zelfs de officier van justitie moest toegeven onze cliënt hier echt niet in te herkennen. Onbegrijpelijk waarom een agent meende zomaar cliënt hierin te (willen) herkennen. Laat uw zaak dan ook altijd door een advocaat beoordelen. Als er camerabeelden zijn, kan hij deze opvragen en toetsen of er wel echt wat op te zien valt. De politierechter was er dan ook snel klaar mee en sprak de cliënt vrij. En die boete voor wildplassen? Die gaat natuurlijk ook de prullenbak in!

Mr. Robbert Poort/Advocaat

Lees meer

Nieuw huwelijksvermogensrecht

Eind maart 2017 werd door de Eerste Kamer een wetsvoorstel aangenomen: Wetsvoorstel beperking gemeenschap van goederen. De inwerkingtreding van deze wet (vermoedelijk per 1 januari 2018) zal grote gevolgen hebben voor stellen die na die datum met elkaar in het huwelijksbootje stappen.

Nu is het zo dat wie trouwt, en daarover niets regelt bij de notaris, in gemeenschap van goederen huwt. Dat betekent dat het afzonderlijke vermogen van de beide huwelijkspartners samenvloeit tot één gemeenschappelijk vermogen. Met andere woorden: de studieschuld van je partner zal ook jouw studieschuld worden, maar zijn of haar fraaie auto wordt ook jouw gemeenschappelijke eigendom. Wanneer jij en je partner gaan scheiden, zullen alle bezittingen door de helft moeten worden gedeeld. Voor het aflossen van de schulden is men beide verantwoordelijk.

Met het wetsvoorstel wordt beoogd de automatische gemeenschap van goederen te beperken. Indien je huwt ná inwerkingtreding van de nieuwe wet, valt het vóórhuwelijksvermogen buiten de gemeenschap van goederen. De studieschuld die je partner al had, blijft dan uitsluitend zijn of haar studieschuld. In de huwelijksgoederengemeenschap zullen de baten en schulden vallen die jullie ná het huwelijk hebben verkregen of zijn aangegaan. De auto die je partner ná de huwelijksdatum aanschaft, is ook jouw auto.

Verder verandert het wetsvoorstel het een en ander ten aanzien van schenkingen en erfenissen:  schenkingen en erfenissen, die tijdens het huwelijk toekomen aan één van de partners, blijven van deze partner, ook als er geen uitsluitingsclausule is. Als iemand aan beide echtelieden wil schenken of nalaten, zal dat uitdrukkelijk moeten worden opgenomen.

Niet iedereen is blij met de komst van het nieuwe wetsvoorstel. Vooral voor ondernemers kan de nieuwe regeling lastig uit te voeren zijn, omdat moeilijk zal zijn aan te tonen welk vermogen vóórhuwelijks was en welk vermogen van daarna.  Ook vergt de nieuwe regeling dat echtelieden na scheiding zouden moeten kunnen aantonen dat een vermogensbestanddeel al vóór het huwelijk in zijn of haar bezit was. Dat zal niet altijd even eenvoudig zijn. Soms kan het dus alsnog van belang zijn om met behulp van een notaris huwelijkse voorwaarden te sluiten alvorens te trouwen.

Hoe het wetsvoorstel in de praktijk zal uitpakken, zal nog moeten worden bezien. Duidelijk is wel dat het raadzaam is om je goed te laten informeren voordat je in het huwelijk treedt.

Wilt u meer informatie over uw situatie? Neem dan vrijblijvend contact met ons op.

Mevrouw mr. I.M. Thieme/ advocaat

 

Lees meer

Klakkeloos uitgaan van beschuldigingen over plichtsverzuim door de werkgever (Defensie), leidt tot vernietiging besluit UWV

Een cliënt van mij, een militair bij Defensie, is vorig jaar ontslagen in verband met ernstig plichtsverzuim. De cliënt zou meerdere keren te laat zijn geweest en zelfs één keer onder invloed van alcohol op het werk zijn verschenen. Onder meer om die reden werd de beslissing genomen om hem te ontslaan. Op dat moment ging het echter al niet goed met hem, hij raakte in een neerwaartse spiraal en meldde zich ziek. Onterecht vond het UWV, want de cliënt was inmiddels verwijtbaar werkloos geworden en zou dus onterecht een beroep op de Ziektewet hebben gedaan.

Opvallend was hier echter dat het UWV in het geheel geen zelfstandig onderzoek had verricht. Geen geneeskundige onderzoek was bijvoorbeeld verricht om te controleren of de cliënt wel of niet terecht een beroep op de Ziektewet had gedaan. Het UWV was simpelweg uitgegaan van de mededelingen van de werkgever zonder nader onderzoek. Dit terwijl ik in beroep samen met de cliënt een genuanceerder beeld naar voren had gebracht waaruit bleek dat een en ander heel anders lag, als ook dat het hele ontslag nog niet definitief was en nog onder de rechter lag. Pas in beroep ging het UWV vervolgens onderzoek doen, maar dat vond de rechter te laat:

Uit het procesdossier volgt verder dat verweerder hangende beroep een brief, gedateerd 18 oktober 2016, naar de ex-werkgever van eiser heeft verstuurd, waarin vragen zijn gesteld over de wijze waarop een einde is gekomen aan de arbeidsovereenkomst van eiser. Door in het bestreden besluit vast te stellen dat sprake is van gedrag dat dermate verwijtbaar is dat eiser had kunnen weten dat dergelijk gedrag tot ontslag zou kunnen leiden en vervolgens pas in beroep hiernaar nog nader onderzoek te doen, heeft verweerder naar het oordeel van de rechtbank het bestreden besluit in strijd met artikel 3:2 van de Awb onzorgvuldig voorbereid.

Die overweging leidde ertoe dat het beroep gegrond werd verklaard, de proceskosten vergoed werden en het UWV een nieuwe beslissing moest nemen. Dat nieuwe besluit hield vervolgens in dat niet meer kon worden vastgesteld dat mijn cliënt een benadelingshandeling in het kader van de ziektewet had verricht. Dit heeft tot gevolg gehad dat mijn cliënt met terugwerkende kracht alsnog een Ziektewetuitkering heeft gekregen.

Is ook aan u een uitkering geweigerd? Laat dit dan altijd controleren door een advocaat of een jurist. Ons kantoor staat u hier graag in bij. De volledige uitspraak van deze zaak is door de rechtbank gepubliceerd op: ECLI:NL:RBOVE:2017:397

Robbert Poort / Advocaat

Lees meer

Hoogste bestuursrechter zet streep door intrekking gezinsbijstandsuitkering!

Mijn cliënten (een man en een vrouw) ontvingen een bijstandsuitkering voor samenwonenden: een gezinsbijstandsuitkering. Zo’n uitkering is hoger dan een uitkering voor een alleenstaande, maar is (uiteraard) lager dan twee keer een alleenstaande-uitkering omdat je nu eenmaal samen kosten kunt delen. Wat was er in deze zaak aan de hand? De man was in het buitenland opgepakt en kon door zijn detentie niet terug naar Nederland. Dit had (logischerwijs) gevolgen voor zijn bijstandsuitkering. Omdat hij, langer dan voor een vakantie gebruikelijk is, in het buitenland verbleef, had hij immers geen recht meer op een bijstandsuitkering. Intrekking van zijn uitkering viel dan ook te verwachten. De beslissing van de betreffende gemeente was echter anders: in plaats van alleen de uitkering van de man in te trekken, werd de gehele gezinsuitkering ingetrokken(!) Maar de vrouw zat gewoon nog in Nederland, kon helemaal niets doen aan de detentiesituatie in het buitenland, en was voor haar inkomsten natuurlijk nog steeds afhankelijk van een bijstandsuitkering.

“Probleem van de vrouw”, zei de gemeente, want dan had de vrouw maar zelf een nieuwe uitkering moeten aanvragen, omdat zij duurzaam was gescheiden van de man door de detentie. Ook de rechtbank Rotterdam gaf de gemeente – na een aanvankelijk scherpere toon op zitting – hierin gelijk. Gelukkig zag onze hoogste bestuursrechter het anders:

Uit 4.7 volgt dat het college er ten onrechte van uit is gegaan dat reeds vanwege het verblijf van appellant buiten Nederland de aan appellanten over de hier te beoordelen periode verleende bijstand naar de norm voor gehuwden diende te worden ingetrokken wegens wijziging van de leefvorm. Het bestreden besluit berust dan ook op een onjuiste grondslag. Daarmee is tevens de grondslag aan de terugvordering over deze periode komen te ontvallen. De rechtbank heeft dit niet onderkend. De aangevallen uitspraak dient daarom te worden vernietigd. Doende wat de rechtbank zou behoren te doen, zal de Raad het bestreden besluit wegens strijd met de artikelen 3:2 en 7:12, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) vernietigen.
Nu dient de gemeente alsnog na te gaan waarop het recht op bijstand moet worden bepaald rekening houdende met het inkomen van de echtgenoot. Nu dat waarschijnlijk nihil is geweest (want in detentie), betekent dit hoogstwaarschijnlijk dat zij alsnog een bijstandsuitkering als alleenstaande verstrekt zal krijgen. Wordt uw uitkering – om wat voor reden dan ook – stopgezet? Ga dan altijd naar een advocaat en laat uw situatie beoordelen nu de ervaring leert dat dit vaak loont.

 

Deze zaak is door de Centrale raad van beroep gepubliceerd op rechtspraak.nl onder het nummer: ECLI:NL:CRVB:2017:543

Robbert Poort/Advocaat

Lees meer